De nieuwe Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte
24 april 2012 
in Ruimte

De nieuwe Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte

In maart kondigde minister Schultz de nieuwe Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) aan. Op 24 april werd hier in de Brabanthallen een congres aan gewijd. Henk Ovink, plaatsvervangend Directeur-generaal Ruimte en Water, introduceerde namens het ministerie de hoofdpunten van de structuurvisie. De belangrijkste verandering ten opzichte van vorige nota’s over de ruimtelijke ordening is procesmatig. De structuurvisie gaat over het decentraliseren van bevoegdheden. Ook kondigt de SVIR een vereenvoudiging van RO wetten (Omgevingswet) aan.

Daarna was aan organisatieadviseur Maarten Könings om over nieuwe samenwerkingen in de ruimtelijke ordening te spreken. Hij betoogde dat het steeds vaker allianties van meerdere partijen zijn die aan ruimtelijke opgaven werken. Een belangrijke aanbeveling van Könings was om een verbod uit te vaardigen op ruzies over oplossingen. Over kernwaarden en achterliggende principes zou juist wel een strijd gevoerd moeten worden. Na het bedrijfsleven lukt het ook overheden steeds beter om hun eigen kernwaarden te definiëren. Dat is een eerste voorwaarde om hierover met anderen hierover in gesprek te gaan.

Na de plenaire introducties ging het programma verder met workshops. Ik koos in de eerste ronde voor de workshop over de toekomst van het grondbeleid. Een belangrijk thema nu veel gemeenten soms meer lasten dan lusten van hun grondposities hebben. De trend van een actief naar een faciliterend grondbeleid (waarbij gemeenten niet meer zelf de grond in handen hebben) werd breed herkend. In de workshop bleek ook dat het nog lastig is om goede instrumenten voor faciliterend grondbeleid te ontwikkelen. Veel partijen bleken bovendien eerder op zoek te zijn naar goede voorbeelden, dan naar extra instrumentarium.

Een tweede workshop ging over de juridische kijk op de structuurvisie. Tijdens deze workshop werd ingegaan op het samenvoegen van allerlei ruimtelijke regels in het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro). Hierin zijn op basis van de nieuwe Wet ruimtelijke ordening (Wro) allerlei regels over ruimtelijke ordening vastgelegd die eerder verspreid waren over meerdere Planologische Kernbeslissingen. Het gaat bijvoorbeeld over regels over ruimte voor rivieren, de Waddenzee en de ontwikkeling van de Rotterdamse haven.

Of de val van het Kabinet nog roet in het eten zal gooien voor de structuurvisie werd nog niet duidelijk. Formeel hoeft de val van het Kabinet geen problemen op te leveren voor de SVIR. In mei zou de SVIR in de Tweede Kamer behandeld kunnen worden. Maar of dat reëel is gezien de ontstane politieke situatie is zeer de vraag.